vrijdag 12 mei 2017

Die stronteigenwijze kerel



 Ik ontmoette hem in het zwembad, jaren geleden, toen ik hier nog maar pas woonde.
Een markante oude kerel met een vierkante kop, een grote witte snor en een stem als een bootwerker.
Het type ruwe bolster blanke pit.
Hij was enorm gevat, wist alles beter, had altijd het laatste woord, op die drie keer na dat ik het had.
Maar je kon gewoon geen hekel aan hem hebben.



Jaren lang zag ik hem daar elke vrijdag.
Tot hij het aan zijn hart kreeg en in het ziekenhuis belandde waar het goed fout ging.
Daarna durfde hij het zwembad niet meer in, bang, zoals hij zei, dat ie er niet meer uit zou kunnen komen.



Maar ik kwam hem nog regelmatig tegen, zittend op zijn rollator, me met zijn schallende stem begroetend. (Heeeee allochtoon!)
Op het ouwe mannen hoekje op de markt.
Of bij de glasbak waar ie een mandarijntje op zat te peuzelen omdat ie te moe was om gelijk weer terug naar huis te lopen.


Een paar weken geleden kwam ik hem tegen.
Op de fiets tot mijn verbazing.
Hij zwaaide glimlachend naar me vanaf de overkant van de weg.
Maar hij zei helemaal niets.

Vanmorgen hoorde ik dat hij twee maanden geleden al overleden is.

Ik zal hem missen, die stronteigenwijze donder.

2 opmerkingen: